Halve Verhalen

standbeeld - standpunt

  1. Ga met alle leerlingen in een kring zitten.
  2. Een leerling gaat in het midden staan en maakt van zichzelf een standbeeld.
  3. De leerkracht vraagt aan een leerlingen in de kring:

     Denk daarbij aan rug, buik, knie, elleboog, haar, neus, houding, richting

  1. Daarna krijgt de leerling die recht tegenover zit dezelfde vraag:
  1. Bespreek de verschillende waarnemingen.

Degene die tegenover zit, kijk vanuit een ander perspectief. Dezelfde situatie kan voor de één anders zijn en anders beleefd worden, dan voor de ander. Er bestaan verschillende waarheden.

Heb je ooit in een situatie gezeten die door iemand anders heel anders werd ervaren?

Hadden jullie allebei andere waarheden? Kun je dat omschrijven?