Oor/Sprong groep 5/8

in de klas: Handgebaar

Alle leerlingen zitten in een kring.

De leerkracht doet handelingen voor met zijn / haar handen, die gaan over dagelijkse bezigheden zoals : afwassen, tafeldekken, strijken, ramen zemen.

De leerkracht vraagt aan de leerlingen welke bewegingen zijn nog meer weten.

Eén leerling krijgt een beurt en doet voor. De rest van de klas volgt. Tempo is traag, zodat er goed gevolgd kan worden.

De bewegingen hoeven niet altijd een handeling voor te stellen. Zo kunnen de leerlingen zelf bedenken wat de bewegingen kunnen betekenen en kunnen zij dit na afloop aan elkaar vertellen.

In stilte.